Cet ouvrage intéressant, bien documenté et objectif est l'adaptation d'une thèse de doctorat en histoire présentée à l'Université Catholique de Louvain en 2015. Ce n'est pas une biographie du roi Léopold II, mais une étude du fonctionnement de l'Etat Indépendant du Congo.
Dit interessante werk (uitgeverij Racine), dat objectief is en goed documenteerd, vloeit voort uit een doctoraatsthesis in de geschiedenis dat in 2015 werd voorgesteld aan de Université Catholique de Louvain door Pierre-Luc Plasman. Het is geen biografie over Leopold II, maar een studie over de werking van Congo Vrijstaat.
Pierre-Luc Plasman commence par retracer le rêve colonial du souverain qui aboutit lors de la conférence de Berlin de 1885 par la création de l'Etat Indépendant du Congo. Il nous explique ensuite comment travaille le gouvernement congolais à Bruxelles, le rôle des secrétaires généraux, les rivalités et les oppositions entre les uns et les autres, les différents canaux d'information du Roi. Il fait de même avec l'administration léopoldienne au Congo. Pierre-Luc Plasman revient aussi sur les atrocités commises que plus personne ne peut nier aujourd'hui.
Pierre-Luc Plasman begint bij het achterhalen van de koloniale droom van de vorst, die leidt op de Conferentie van Berlijn tot de oprichting van Congo-Vrijstaat. Vervolgens legt hij uit hoe de Congolese regering functioneert in Brussel, de rol van de secretarissen-generaal, de rivaliteiten en tegenstellingen tussen de één en de ander, en over welke informatiekanalen de Koning beschikte. Hij doet hetzelfde voor de Leopoldistische administratie in Congo. Pierre-Luc Plasman komt tevens terug op de gruwelijkheden die werden begaan en die niemand op vandaag nog kan ontkennen.
Après nous avoir expliqué concrètement le fonctionnement de l'Etat Indépendant du Congo, l'auteur détaille les critiques et dénonciations contre les violences, les campagnes de presse anticongolaise qui aboutissent à la création d'une commission d'enquête. Léopold II décède en 1909 et lègue le Congo à la Belgique.
Nadat hij de concrete werking van Congo-Vrijstaat heeft uitgelegd, legt de auteur nader de kritieken en protesten tegen de gewelddaden uit en heeft hij het over de anti-congolese perscampagne's die uitmondden in een onderzoekscommissie. Leopold II overlijdt in 1909 en laat Congo over aan België.
Quelle est la conclusion de Pierre-Luc Plasman sur ces violences? Wat is de conclusie van Pierre-Luc Plasman over de gewelddaden?
"Les massacres ne sont pas ordonnés par le gouvernement léopoldien, mais ils se produisent dans un contexte d'incitation permanente à accroître la production tout en laissant le champ libre aux acteurs sur place. Hauts fonctionnaires territoriaux et directeurs de sociétés abusent largement de leurs prérogatives, tandis qu'agents subalternes et sentinelles africaines intègrent la bestialisation de leur comportement dans leur cadre de travail. Les violences ne se limitent pas aux régies de l'Etat. Elles se déchaînent même avec plus de brutalité dans les concessions, où la productivité permet toutes les exactions. Aussi horribles soient-elles, ces violences de masse ne peuvent pas être qualifiées de génocidaires. De même, la moitié de la population congolaise n'a pas été exterminée. Il existe cependant bel et bien un déclin démographique, dans lequel la terreur et la violence jouent un rôle primordial à côté d'autres facteurs, comme la dénatalité vénérienne".
"De bloedbaden werden niet bevolen door de leopoldistische regering, maar ze gebeurden binnen een context waarin men werd aangespoord om de productie blijvend op te drijven, waarbij vrij spel werd gegeven aan de personen ter plaatse. Hoge territoriale ambtenaren en directeurs van vennootschappen misbruikten ruimschoots de hen toegekende prerogatieven, terwijl jonge agenten en Afrikaanse bewakers de bestialisering van hun gedrag integreerden in hun werkkader. De gewelddaden waren niet beperkt tot de delen die door de Staat werden geleid. Ze waren des te brutaler in de concessies, waar de productiviteit leidde tot iedere mogelijke vorm van uitbuiting. Hoe verschrikkelijk ze ook waren, toch kunnen deze massa-gewelddaden niet worden bestempeld als genocidair. Evenzo werd de helft van de Congolese bevolking niet uitgeroied. Er was weliswaar een duidelijke demografische terugval, waarin de terreur en geweld een primordiale rol speelden, maar er waren ook andere factoren, zoals een venerische denataliteit".
Sur le rôle de Léopold II, l'auteur fait remarquer son manque d'objectivité. Als hij het over de rol van Leopold II heeft, laat de auteur zijn objectiviteit blijken :
"Avec l'âge, l'esprit et l'intelligence du monarque sont devenus rigides et teintés de misanthropie. A plusieurs reprises, il dénie l'existence des abus et il distingue dans la campagne anticongolaise l'expression d'une frustration de l'impérialisme anglais. Plus généralement, le Roi ne perçoit pas que la source des abus réside dans le système d'exploitation. Dès lors, son appréciation place la responsabilité sur des acteurs collectifs, à savoir les sentinelles africaines, les compagnies commerciales et la force publique. Léopold II se place dans une position défensive et offensive à l'égard des critiques et ne cherche plus dans les dernières années qu'à maintenir sans profonde modification le régime léopoldien. L'appareil étatique n'est pas non plus une pyramide sur laquelle le Roi règne sans partage, mais ressemble plus à une matriochka. Sentant le fil des jours s'écouler, Léopold II désire mettre une touche finale au programme de son règne : il veut une Belgique plus grande, plus forte et plus belle. Léopold II n'a donc pas cherché à s'enrichir personnellement, même si son train de vie est devenu - quoique tardivement - plus luxueux".
"Met de leeftijd werden de geest en intelligentie van de monarch rigide en gekenmerkt door misantropie. Meermaals ontkent hij het bestaan van misbruiken en hij ontwaart in de anti-congolese campagne de uiting van frustratie door het Engels imperialisme. Meer in het algemeen snapt de Koning niet dat de oorsprong van de misbruiken ligt in het systeem van uitbuiting. Derhalve plaats zijn appreciatie de verantwoordelijkheid bij collectieve actoren, zoals de Afrikaanse bewakers, de commerciële vennootschappen en het leger. Leopold II plaatst zich in een defensieve en offensieve positie ten aanzien van de kritiek en wenst in de laatste jaren enkel het leopoldistisch regime te handhaven, zonder diepgaande veranderingen. Het staatsapparaat is niet zozeer een piramide waarover de Koning zonder meer heerst, maar lijkt meer op een matroesjkapop. Wanneer hij het einde van zijn dagen voelt naderen wil Leopold II het programma van zijn koningschap in schoonheid afronden : hij wil een groter, sterker en mooier België. Leopold II was er dan ook niet op uit zich persoonlijk te verrijken, hoewel zijn levensstijl - zij het eerder vrij laat - luxueuzer was geworden".
Bref, après avoir lu cet ouvrage, on ne peut plus parler ni de génocide, ni d'œuvre civilisatrice. La vérité historique est plus nuancée et est à mi-chemin entre ces deux extrêmes. Les responsabilités sont nombreuses. Et il faut aussi remettre les faits dans le contexte de l'époque.
Na dit werk te hebben gelezen kan men niet meer spreken van een genocide, doch ook niet van een meesterwerk van beschaving. De historische waarheid is meer genuanceerd en bevindt zich tussen de twee voormelde extremen. De personen die verantwoordelijk waren zijn talrijk. En men moet ook de feiten kaderen in hun toenmalige context.
Na dit werk te hebben gelezen kan men niet meer spreken van een genocide, doch ook niet van een meesterwerk van beschaving. De historische waarheid is meer genuanceerd en bevindt zich tussen de twee voormelde extremen. De personen die verantwoordelijk waren zijn talrijk. En men moet ook de feiten kaderen in hun toenmalige context.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire